Behoorlijk shocking nieuws met grote gevolgen:
Trump-regering bestempelt vier linkse activistengroepen uit Europa als ’terroristisch’.

Het lijkt er sterk op dat je als doodgewone vredelievende antifascist of anarchist uit Nederland of Duitsland, over een paar jaar ontvoerd kunt gaan worden en opgesloten in Guantanomo of erger.

Maar zoals Carsie Blanton zingt: ze kunnen geen cel bouwen waar we allemaal in passen.

---

NRC:

"Trump-regering bestempelt vier linkse activistengroepen uit Europa als ’terroristisch’

De Verenigde Staten willen vier activistengroepen uit Europa bestempelen als „buitenlandse terroristische organisaties”. Dat meldt het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken donderdag in een verklaring. Het label wordt per 20 november op de betreffende organisaties geplakt. Dan mogen Amerikaanse burgers de groeperingen niet langer steunen. Hebben de organisaties vermogen in de VS, dan wordt dat bevroren.

Het gaat om de Duitse groepering Antifa Ost, de Italiaanse Informal Anarchist Federation/International Revolutionary Front, de Griekse Armed Proletarian Justice en Revolutionary Classs Self-Defense. Antifa Ost zou volgens de VS tussen 2018 en 2023 „talrijke aanslagen hebben gepleegd op personen die zij als fascisten of extreemrechtse activisten beschouwen” in Duitsland en Hongarije.

Buitenlandminister Marco Rubio spreekt over „een volgende stap” in de plannen van president Donald Trump om „zelfbenoemde antifascistische netwerken, entiteiten en organisaties te ontwrichten”. Trump kondigde afgelopen september, na de moord op de radicaal-rechtse activist Charlie Kirk, een bredere aanval op linkse groeperingen in de VS aan. Hierbij wordt, met name onder Republikeinen, geregeld de term ‘antifa’ gebruikt als stempel voor allerlei soorten links activisme. In de VS bestaan geen wet om binnenlandse terreurgroepen te verbieden.

Geen centrale groep

‘Antifa’, een samentrekking van antifascisme, bestaat niet uit een centrale organisatie, in weerwil van wat politieke opponenten geregeld stellen. Veeleer kan ‘antifa’ als een verzamelterm voor een brede groep van links activisme worden gezien. In de Nederlandse Tweede Kamer werd in september een motie aangenomen waarin staat dat ‘antifa’ als terroristische organisatie moet worden bestempeld. Daarover ontstond veel controverse. Of een groep op de anti-terreurlijst komt, is aan het ministerie van Justitie en Veiligheid."

---

[einde artikel NRC]

Die laatste zin is overigens veel vager dan nodig. Het Nederlandse ministerie kan namelijk helemaal niet zelfstandig beslissen welke organisatie terroristisch zou zijn: daar gaat alleen de rechter over. Wat het NRC afkort tot "anti-terreurlijst" afkort is iets heel anders: dat is de preventieve bestuursrechtelijke maatregel bevriezingsmaatregelen terrorisme.

Het gaat in Nederland dan alleen om het bevriezen van tegoeden, en het is een preventieve maatregel naar verdachten in plaats van bewezen terroristen - totaal onvergelijkbaar dus met de Amerikaanse maatregel die veel meer behelst: zie wat de VS op dit moment in Venezuelaanse wateren uitvreet, waar ze vissersbootjes met waarschijnlijk onschuldige inzittenden opblaast (wat overigens een oorlogsdaad is).

Er is maar één optie:
We moeten het moorddadige regime in de VS stoppen, in plaats van ze bevriende natie te noemen en hun wapenindustrie te sponsoren. Op dit moment delen onze geheime diensten zelfs nog bulkdata (ja, ook over onschuldige burgers) met ze.
Dat is onacceptabel.

Ongefuckinglofelijk. Niko Koffeman en Peter Nicolaï, de twee zetelrovers in de Eerste Kamer, die uit de PvdD stappen, roven niet alleen hun zetels maar ook... de partijnaam.

Parlementaire geschiedenis schrijven met verraad, je moet maar durven. Het verhaaltje wat ze er omheen brouwen is typisch extreemrechtse gaslighting, tot en met "Ik wil de boel bij elkaar houden" aan toe.

Voor wie de twee niet kent: dit zijn mastodonten uit het minder frisse verleden van Partij voor de Dieren, de tijd waarin Paul Cliteur nog onbelemmerd de FvD kon oprichten vanuit de PvdD, nota bene als erelid. Een tijd waar Ouwehand duidelijk afstand van heeft genomen, en dat zint deze twee heren niet.

Ze roepen zijdelings wat over dat bewapening geen goed antwoord is (en dat ben ik met ze eens), maar wat de heren een stuk belangrijker vinden is dat de PvdD een eind aan genocide wil, terwijl zij vinden dat het wel door mag gaan, het zijn immers maar moslims.

Koffeman en Nicolaï worden daarvoor nu beloond door het presidium van de Eerste Kamer, wat stelt dat niet zij maar de derde PvdD senator, fractievoorzitter Ingrid Visseren-Hamakers (die gewoon nog steeds PvdD lid is) de fractie heeft verlaten. Daarom mogen Nicolaï en Koffeman zich nu PvdD noemen, zelfs al zijn ze niet eens lid.

De reden daarvoor lijkt een bijzonder onhandige brief te zijn waarin Visseren-Hamakers afstand nam van de twee, op een manier die je als je het heel formeel bekijkt lijkt te betekenen dat zíj zich afsplitst.

Tegelijkertijd kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat Mei Li Vos, GroenLinks-PvdA voorzitter van de Eerste Kamer, de gelegenheid graag te baat neemt om de brief van Visseren zo te interpreteren dat ze concurrent PvdD een (zeer zware) hak kan zetten.

De verwarring is nu compleet. De Partij voor de Dieren wordt an sich alleen maar steviger nu ze deze low-grade racistische inflammation uit haar vlees kan snijden. En de PvdD blijft gewoon de PvdD.
Maar intussen mogen de twee verraders zich nu óók PvdD noemen, terwijl de échte PvdD'er in de Eerste Kamer dat juist niet meer mag.

De consequentie is niet alleen de verwarring en beschadiging van de PvdD die Nicolaï en Koffeman nastreven, maar bovendien krijgen zij nu veel meer geld en spreektijd, terwijl het echte PvdD lid Visseren volgens Mei Li Vos nu een zetelrover is die daarom minder spreektijd krijgt.

Het is werkelijk de wereld op zijn kop.

Wat een ongelofelijke laaghartigheid zeg. Wat voor een leven moeten Nicolaï en Koffeman hebben, en hoe eenzaam moeten ze wel niet zijn in hun nadruppelende ouwewittemannensuperioriteit, als ze zó met hun vrienden en voorgewende idealen omgaan.

---

NRC:

"Fractievoorzitter Partij voor de Dieren mag in de Eerste Kamer niet verder onder de partijnaam

Politiek Na een conflict binnen de Partij voor de Dieren bestaat de Eerste Kamerfractie nu uit twee mensen die geen partijlid meer zijn. Het derde lid van de fractie – Ingrid Visseren-Hamakers – moet verder onder de naam fractie-Visseren-Hamakers.

(Dit artikel krijg je cadeau omdat wij het belangrijk vinden dat je kennis kunt maken met onze journalistiek. Wil je meer lezen? Dan vragen we je om abonnee te worden. Met onze abonnees kunnen we blijven investeren in goede journalistiek.)

De Eerste Kamerleden Peter Nicolaï en Niko Koffeman mogen verder gaan als de fractie van de Partij voor de Dieren (PvdD). Dit heeft het presidium maandagmiddag bekendgemaakt. Door het besluit is het derde lid van de fractie – de fractievoorzitter Ingrid Visseren-Hamakers – genoodzaakt voortaan de naam fractie-Visseren-Hamakers te hanteren.

Visseren heeft namelijk in een eerdere brief aan de Eerste Kamervoorzitter verklaard „zich af te scheiden van de fractie van de heren Nicolaï en Koffeman”. Afscheiders, zo stelt het Eerste Kamer-reglement, kunnen „uitsluitend de naam van de fractievoorzitter” voeren.

De beslissing van het presidium was noodzakelijk geworden nadat de PvdD-fractie afgelopen vrijdag uit elkaar was gevallen. Voorzitter Visseren-Hamakers wilde dat Koffeman uit de fractie zou treden, omdat hij in oktober uit onvrede over de koers van de partij het lidmaatschap had opgezegd.

Nicolaï was het daar niet mee eens. Deze voormalige advocaat en hoogleraar bestuursrecht stelde zich vervolgens kandidaat als voorzitter om Koffeman binnenboord te houden. Dit voorstel kreeg volgens Nicolaï de steun van Koffeman, waardoor „er een meerderheid was dat Koffeman mocht blijven”. Vanwege die handelswijze is Nicolaï vrijdag door de partij geroyeerd. Vanaf nu vormt hij een fractie met Koffeman.
Lees ook
‘Voor de Partij voor de Dieren staat het belang van de dieren niet meer op één’
Eerste Kamerlid Niko Koffeman (Partij voor de Dieren).
‘Steun’

In een maandag gepubliceerde brief van Eerste Kamervoorzitter Mei Li Vos wordt benadrukt dat de beslissing van het presidium niets te maken heeft met de standpunten van de senatoren of met die van het partijbestuur.

PvdD zegt in een reactie te betreuren dat Visseren- Hamakers de naam van de partij niet langer mag voeren. „Dit verandert echter niets aan de werkelijke situatie. Ingrid Visseren-Hamakers is de enige vertegenwoordiger van de Partij voor de Dieren in de Eerste Kamer en geniet zeer brede steun in onze partij.” Visseren-Hamakers kon vanmiddag niet worden bereikt.

Nicolaï, de huidige voorzitter van de Kamerfractie van de PvdD, toont zich in een eerste reactie verheugd over de verkregen duidelijkheid en over dat volgens hem „de grondslag voor mijn royement” is vervallen. Ook zegt hij: „Ik wil de boel bij elkaar houden. Nog steeds. We waren een hartstikke goed team, maar ik wilde niet meewerken aan het verwijderen van Koffeman.”

Nicolaï heeft inmiddels Boris Dittrich, lid van de Eerste Kamer voor D66, gevraagd om als bemiddelaar het conflict binnen de fractie op te lossen."